Jansen
Gedicht uit 1930
Heb je Jansen ook gezien?
Jansen hier en Jansen daar!
Jansen overal!
Jansengroot en Jansen klein,
Jansen grof en Jansen fijn
Jansen krom en Jansen recht,
Jansen heer en Jansen knecht
Jansen welgedaan en vet,
Jansen schraal als een skelet,
Jansen op soirée en bal
Jansen overal!
Jansen die van, klare gruwt
Jansen die er niet in spuwt,
Jansen op het bankkantoor,
Jansen, lid van ’t mannenkoor
Jansen die in weelde leeft,
Jansen die geen centen heeft
Jansen wijs en Jansen mal,
Jansen overal!
Jansen op straat, Jansen in de Raad
Jansen democraat, Jansen heilsoldaat,
Jansen advocaat, die, zoo fijntjes praat
En precies weet wat er in de wetten staat.
Jansen recensent, Jansen proponent,
Jansen dirigent, Jansen bankagent,
Jansen 'n knappe vent, Veeteeltconsulent,
Die het varkensfokken op zijn duimpje kent.
Als je Zondags in 't park fIaneert,
Zie je links.. Jansen, rechts.. Jansen
Hebben er twee op straat een vecht partij,
Is er meestal eene Jansen bij.
Jansen kapitalist, Jansen anarchist,
Jansen trombonist, Jansen componist.
Jansen cav'larist, Jansen violist
Die geen enkel nootje met zijn strijkstok mist.
Jansen.. ja, ja, Jansen overal!
Jansen houthakker, Jansen aanplakker,
Jansen strijdmakker, Jansen haringpakker.
Jansen zakjesplakker, Jansen kachellakker,
Jansen wafelbakker.. Jansen Jansen
Jansen hier.. en.. Jansen daar…
Jansen overal!!!